Duurzaam tanken en eten gaan hand in hand

Duurzaam tanken en eten gaan hand in hand

Het gebeurt allemaal grotendeels buiten de schijnwerpers, maar bijzonder is het wel. Alco Energy Rotterdam zet jaarlijks enorme hoeveelheden maïs om in bio-ethanol, veevoeder en - indirect - kasgroenten. “Ons bedrijf ademt groen”, vertelt sitemanager Robine Koning enthousiast. “Jaarlijks produceren we ruim 650 miljoen liter bio-ethanol, 450 duizend ton veevoeder en 300 duizend ton groene CO2.” Bijzonder is dat er geen grammetje maïs wordt verspild. “We gebruiken de korrels voor de volle honderd procent.”

Weinig mensen weten het, maar Alco Energy Rotterdam is Europees koploper als het gaat om de productie van bio-ethanol. Toch kent vrijwel iedere weggebruiker het product, maar dan onder de naam E10. “Je tankt ons product dus gewoon bij de reguliere benzinepomp”, aldus Robine Koning. “Dit kan inmiddels al bij bijna alle tankstations. Door dit te doen, rijd je veel milieuvriendelijker. Ethanol stoot namelijk 90% minder broeikasgassen uit dan benzine. In heel Europa verlagen nu al miljoenen Europese automobilisten hun klimaatvoetafdruk door te kiezen voor E10.”

Gezonder veevoer en groene CO2
De grondstof voor de bio-ethanol is maïs van veevoederkwaliteit. Via spoor, weg en water wordt dit uit alle delen van Europa aangevoerd, met Oekraïne als hoofdleverancier. “De infrastructuur rond Rotterdam is dus ideaal voor ons bedrijf.”

Voor het produceren van ethanol haalt Alco Energy Rotterdam de suiker uit de maïs. “Dit proces is vrijwel identiek aan het brouwen van bier.” Maïs bevat ongeveer 10% suiker en dit betekent dat er een enorme reststroom overblijft. “Die gooien we niet weg”, benadrukt Koning, “maar zetten we om in veevoeder van hoge kwaliteit.” Geen loze woorden, want het geproduceerde veevoer is voor koeien en varkens gezonder dan pure mais. “Dan consumeren de dieren namelijk ook veel suiker en dat is, net als voor de mens, ongezond.”

Tot slot produceert Alco Energy Rotterdam een derde product: groene CO2.  “Net als bomen nemen gewassen als mais tijdens hun groei CO2 uit de lucht op. Tijdens het productieproces komt die weer vrij en kan dan bijdragen aan de opwarming van het klimaat. Wij vangen die CO2 op en vervoeren die via een ondergrondse pijpleiding naar het Westland. Dit betekent dat de tuinders in hun kassen CO2 uit aardgas kunnen vervangen door groene CO2. Per saldo komt er dus minder CO2 in de lucht.”

Verduurzamen productieproces
Duurzaamheid staat sowieso hoog in het vaandel van Alco Energy Rotterdam, ook in het productieproces. “In onze sector behoren we nu al tot de wereldtop, maar jaar in jaar uit leggen we de lat hoger. Hiervoor zetten we in op wat we noemen de 30-30-30 strategie. De getallen staan voor 30% besparen op het huidige energiegebruik en 30% inzet van duurzame energie in 2030.” Het besparen gebeurt vooral door het doorvoeren van isolatiemaatregelen. “Een uitdaging die overigens ook energie geeft. Zo liggen er plannen klaar om te besparen door een procesaanpassing door te voeren en het hergebruiken van de warmte die vrijkomt bij het drogen.”

Blikvanger bij het vergroten van het aandeel duurzame elektriciteit is de bouw van een enorme e-boiler in combinatie met het ontwikkelen van windenergiecapaciteit. “Voor dit laatste zijn we vergevorderd met een plan voor de bouw van een windmolen op een landtong in Rozenburg. Slagen we hierin, dan kan de e-boiler vrijwel volledig draaien op hernieuwbare elektriciteit. De volgende stap is het bouwen van nog een e-boiler en het verder vergroten van onze windenergiecapaciteit.”

Hobbels
Toch heeft het bedrijf tot haar spijt te maken met diverse hobbels op de weg naar een duurzame toekomst. Zo zit het dreigende gebrek aan capaciteit op het elektriciteitsnet de plannen van het bedrijf in de weg. “Voor onze eerste e-boiler gaan we daar nog niet veel last van hebben, maar als we verder willen uitbreiden wel. We hopen met onze investeringen in windenergie deze problemen zoveel mogelijk te voorkomen.” Een hobbel die hier op aansluit is het verkrijgen van vergunningen. “De overheid wil duurzaamheid stimuleren, maar gooit zelf de rem erop. Overigens veelal ongewild, want men kampt met gebrek aan menskracht. Daardoor duren de vergunningstrajecten echt ontzettend lang.”  Ook de steeds strengere regelgeving rond stikstof knelt. “Niet onoverkomelijk, maar het gebrek aan stikstofruimte kan een rem op onze uitbreidingsplannen zetten.”

Koning hoopt met andere bedrijven in de Rijnmond een vuist te kunnen maken om dreigende vertragingen in de duurzaamheidsstrategie te voorkomen. “Deltalinqs vervult in dit verband een belangrijke lobbyfunctie ten aanzien van de onderwerpen die ik net noemde. De meest urgente is wel de netcongestie.”

Wensen
Om de komende jaren de productie op te voeren, hoopt Koning tot slot dat Nederland soepeler omgaat met het bijmengen van  bio-brandstof. “De huidige bijmengverplichting van 10% is bij wet geregeld. We willen graag dat dit naar de 15-20% gaat.” Tot slot hoopt de sitemanager dat er een einde komt aan de discussie over het gebruiken van voedingsgewassen voor het maken van biobrandstof. “Nogmaals, onze maïs is van veevoederkwaliteit, dus ongeschikt voor menselijke consumptie. Daar komt bij dat we, naast bio-ethanol en groene CO2, gezond veevoeder produceren. Wat wil je nog meer? Groener kan het toch niet.”