Ruben Beens (BP) en Willemien Terpstra (Lyondellbasell): "De tijd gaat dringen"

Ruben Beens (BP) en Willemien Terpstra (Lyondellbasell): "De tijd gaat dringen"

Met acht ‘Letters Of Cooperation’ (LOC’s) hebben verschillende leden en partners van het Deltalinqs Energy Forum afgesproken om in 2018 activiteiten voor verduurzaming van processen en reductie van CO2 uit te voeren.

Elke LOC heeft ambassadeurs. Ruben Beens en Willemien Terpstra zijn beiden ambassadeur van LOC 1: Procesoptimalisatie. Wat speelt hier en hoe zien zij hun rol hierin? Vijf vragen aan Ruben en Willemien.

Waarom zijn jullie ambassadeur geworden?

Ruben: "Dit ambassadeurschap geeft de mogelijkheid ervaringen te delen met relevante partijen in de Rotterdamse haven. Samenwerking met partijen binnen en buiten de poort is in mijn ogen cruciaal voor het succesvol verbeteren van complexe processen." Willemien: "En we zijn natuurlijk ambassadeur omdat we als chemische industrie een belangrijke rol in de energietransitie te vervullen hebben, ook als enabler voor andere industrieën."

Wat is het belangrijkste doel van jullie LOC?
Ruben: "Zoeken naar wegen om geïnstalleerde processen te optimaliseren, gebruikmakend van nieuwe technieken om steeds betere, schonere producten kunnen maken met minder energie." Willemien: "Door samenwerking tussen verschillende sectoren kunnen we verbinden en van elkaar leren. Voorbeelden zijn: magnetische koppelingen, hybride boilers en warmtepompen. Verder kunnen we kijjken naar eventueel collectieve keuzes in de procesoptimalisatie. Op het gebied van innovaties zullen er overigens tot aan 2050 veel vragen blijven: we weten immers niet welke innovaties zullen doorbreken. We moeten dan ook blijven monitoren op alternatieven en opties openhouden."

Wat vinden jullie zelf belangrijk?
Ruben: "Onderdeel zijn van de oplossing." Willemien: "Daarnaast is goede communicatie over de maatschappelijke rol van chemie van groot belang voor deze complexe transitie. Chemie levert al een belangrijke bijdrage aan de energietransitie bijvoorbeeld door producten te maken voor windmolenbladen en lichtere auto’s zodat ze minder brandstof gebruiken."

Wat zijn voor jullie de belangrijkste uitdagingen?
Ruben: "Binnen een sterk concurrerende internationale markt kosteneffectieve verbeteringen doorvoeren, vergt een heleboel. Onze concurrenten werken vaak in landen met minder hoge klimaatambities." Willemien: ‘We zijn bereid om te investeren in de energietransitie, tegelijkertijd moeten we concurrerend blijven ten opzichte van onze buitenlandse concurrenten. De balans tussen die twee blijft een uitdaging.’ ‘Eens’, zegt Ruben, ‘er is heel veel bereidheid om te investeren, bijvoorbeeld ook in CCS, maar het is complex want je wilt niet te duur worden. We hebben een langetermijnmissie. Over vijftig jaar willen we hier nog steeds raffinage hebben. We zullen dus zeker meedoen met de transitie, maar we moeten wel rendabel blijven. En de tijd gaat dringen: het punt is dat de buitenwereld zich soms verkijkt op de gelegenheid die wij hebben om grote aanpassingen aan onze installaties te doen.’ Willemien vult aan: ‘Industriële bedrijven als de onze hebben maar eens in de paar jaar een grote onderhoudsstop. Heel concreet betekent dit dat we nog maar drie kansen hebben om voor 2030 te doen wat we moeten doen. Snelle duidelijkheid over wat de overheid van ons verwacht is dus belangrijk."

Heb je het idee dat er voldoende voortgang wordt geboekt?
Ruben: "Jazeker, de sector heeft de afgelopen jaren al flink wat energie bespaard. Wel zullen we het tempo naar 2030 moeten opschroeven. Deze opgave is complex nu het laaghangende fruit al grotendeels verdwenen is." Willemien stelt: "Als de Rotterdamse haven ook na 2030 de noodzakelijke daling van CO₂-uitstoot tot 90% wil halen, zullen er radicalere veranderingen noodzakelijk zijn."